19 september 2008

Hokjesgeest

Vandaag had ik niet zo’n beste dag. Chagerijnig, kortaf, onaardig en egoistisch. Geeft niks, komt in de beste families voor.
Wat ik alleen maar wil zeggen, is dat ik best zin had in een beetje ruzie. Niet dat ik nou direct ruzie zocht, maar ik vind het ook niet erg dat ik het uiteindelijk heb gevonden.

In en rond een zwembad, vinden mensen het altijd nodig met een handdoek een stoel bezet te houden terwijl ze gewoon aan het zwemmen zijn. Mensen die dan even later komen, vinden alle stoelen “bezet”. Virtueel bezet, want er zit niemand. Maar de algehele norm is toch dat je dan die handdoek laat liggen, en je eigen handdoek ergens in een hoek slingert. Al had je eigenlijk rustig willen zitten, je gaat van ellende toch maar zwemmen, en als je in je ooghoek ziet dat er een stoel vrijkomt omdat iemand het zwembad verlaat, ren je naar de desbetreffende stoel toe om andere kapers op de kust voor te zijn, en doet hetzelfde: je houdt de stoel virtueel bezet met je handdoek en gaat weer lekker zwemmen.

We zijn bijna allemaal hetzelfde, en denken alleen aan onszelf. We planten onze handdoek op de beste stoel, in de mooiste hoek die we te pakken kunnen krijgen. Als we daarentegen zelf laatkomers zijn, balen we dat er geen plek is, en vinden we al die handdoeken op lege stoelen asociaal, waarmee we weer niet verder kijken dan vanuit ons eigen gezichtspunt. Is er daarentegen iemand die op de door jouw met handdoek gemarkeerde stoel gaat zitten, en jouw handdoek opzij schuift, dan zijn we weer zeer verbolgen om zulk een brutaliteit en vinden we deze persoon asociaal. Of misschien zijn we zelf wel zo assertief, en worden we door iemand anders asociaal gevonden.

Ik vind het niet slim van ons, dat we dit zo aanpakken. Het is uiteindelijk in niemands belang (want vandaag heb je misschien wel de hele dag een mooie stoel, maar morgen heb je wat minder geluk en kan je niet zitten), het is inefficiƫnt en niet logisch.
De meeste mensen komen in een zwembad om te zwemmen. Wie zwemt heeft geen stoel nodig. Wie zwemt kan dus zijn handdoek gewoon over een rekje hangen. Als iedereen dat doet, zijn de stoelen vrij voor mensen die wel willen zitten. Als je dan na het zwemmen wilt zitten, is de kans heel groot, dat er gewoon een stoel vrij is. In elk geval is de wachttijd relatief kort, en het “verloop” in de stoelen groter, want er gaat altijd wel weer iemand zwemmen. Als je alleen wilt zitten, kun je tenslotte net zo goed ergens anders gaan zitten, in plaats van naast het zwembad.

Hetzelfde geldt voor vast een heleboel dingen. Als voorbeeld noem ik nog de studiehokjes in de universiteitsbibliotheek. Studenten confisceren een mooi plekje en laten hun jas achter om vervolgens koffie te gaan drinken of, erger nog, eerst een paar uur college te gaan volgen. Een ander voorbeeld kwam ik vandaag tegen bij de zwemles van Sterre.

In het zwembad zijn een heleboel kleine omkleedhokjes, twee zogenaamde “schapenhokken” en 3 gezinsomkleedruimtes. Over die laatste ruimtes gaat mijn relaas, en de ruzie die ik vanavond had. Heel handige, wat grotere, hokjes met een aankleedplank erin. Ik begrijp best dat mensen met kinderen die zich niet zelfstandig aan kunnen kleden, allemaal graag in die grotere hokjes willen. Ze worden dan ook stevig gebruikt, en regelmatig zijn ze alle drie bezet zodat je moet uitwijken naar een kleiner hokje.

Wat ik echter niet begrijp is dat mensen hun kleding in zo’n hokje laten liggen. Dat is hetzelfde gedrag als bij de zwembadstoelen: iets inpikken wat je (nog) niet nodig hebt waardoor je andere mensen het gebruik ontzegd. Het zwembad beschikt over prachtige kluisjes, waar je al je kleding in kwijt kunt, dus het is echt niet nodig om je spullen te laten liggen. Wil je dat toch graag, dan kun je terecht in het schapenhok waar een ieder in en uit kan lopen en zijn of haar kleren kan laten liggen.

Vanavond toen ik met Sterre uit het zwembad kwam,waren twee van de drie gezinshokken bezet, en in de derde lag al kleding. Omdat ik met haar in het zwembad moet, moet ik ook mezelf aankleden en dan is een gewoon hokje wel wat klein. Aparte hokjes is geen optie, en het schapenhok vind ik zelf gewoon niet zo prettig. In eerste instantie liep ik geergerd voorbij het ‘virtueel bezette’ hok, maar een mevrouw deelde mijn irritatie en zei dat zij er altijd gewoon in ging. Aangemoedigd door dit rebellisme trok ik de stoute schoenen aan en stapte met Sterre in het hokje. Natuurlijk kwamen na een poosje de rechtmatige eigenaren van de kleding (maar m.i. niet van het hokje) om zich aan te kleden, en de desbetreffende vader vond het, op zijn zachtst gezegd, niet leuk dat ik in “hun” hokje zat. Ik zei hem dat een kleedhok niet bedoeld was voor opslag, en dat daarvoor kluisjes bedoeld zijn. Die meneer vond dat ik dat niet hoefde te bepalen. Hij meende dat je niet in een hokje gaat waar al kleren liggen. Ik meende wederom dat die kleren daar niet hoorden te liggen. Die meneer meende dat hij het hokje niet bezet hield: hij had de kleren uit het kluisje gehaald,heeft de kleding in het hokje gehangen en is vervolgens zijn kind dat zwemles had, gaan halen en douchen. Enfin, ik heb nadat ik zelf was aangekleed en Sterre bijna was aangekleed open gedaan en hij vertrok met zijn dochter naar een ander hokje. Woehoehaahaa! Rest mij nog de niet gemaakte opmerkingen dat a) hij ook de kleding pas had kunnen gaan pakken nadat zijn dochter had gedoucht, zijn gedrag betrof nog steeds het beslag leggen op iets wat hij op dat moment nog niet nodig had, b) hij hoefde alleen zijn kind aan te kleden, dus had in principe gemakkelijk gebruik kunnen maken van een kleiner hokje, c) zijn dochter had de leeftijd dat ze best zichzelf aan kan kleden.

In elk geval was mijn humeur na deze onenigheid weer een stuk verbeterd. Had ik net even nodig.