18 januari 2013

Boos!


Over het algemeen is Lieve een lief, vrolijk meisje. Niet moeilijk, geen problemen.
Maar soms is ze dat niet.

Vanavond stond er een gezellig muziekje op, en ze was heerlijk aan het meezingen. Ondertussen kleedde ik haar uit. We hadden kort ervoor al liedjes gezongen onder het tandenpoetsen. Heel gemoedelijk en gezellig allemaal.
Misschien had het iets te maken met dat ik haar zus wegstuurde, die wilde komen dansen in het kamertje van Lieve. Dat werd net even te druk, zo vlak voor het slapen gaan, vond ik. Lieve begon enorm te schoppen. Haar uitkleden is dan niet meer te doen. Ik zette de muziek maar even uit, zo gezellig was ze tenslotte niet meer. Dat maakte haar eigenlijk nog bozer. Maar ik vertikte het om haar dwarse gedrag te belonen door haar haar zin te geven. Verstandelijk beperkt of niet, er zijn grenzen.
Ik weet dat afleiden vaak het beste helpt. Dus ik probeerde wat te knuffelen terwijl ik haar schoppende benen ontweek. Het lukte niet erg vanavond. Ik moest er ergens ook wel om lachen, want net zoals je dat bij peutertjes vaak ziet, klopten haar woorden niet met haar daden. "Luisteren!" sprak ze streng tegen zichzelf, "lief zijn!",  maar ondertussen schopte ze mij voortdurend en spatte het vuur uit haar oogjes. Ze kon haar boosheid niet zomaar stoppen.
Uiteindelijk lukte het me haar in bedwang te houden en haar luier te verschonen. Ze leek weer wat gekalmeerd. Ik zette haar rechtop op de commode. Ik hoopte op een knuffel, een kusje, even goedmaken. Maar wat ik kreeg was een paar scherpe nageltjes die met een snelle beweging doelbewust diep in de huid van mijn wang werden gegraven. Ik zette haar met een zwaai op haar bed, deed het licht uit en liep weg. Het deed zeer, en haar aanval naar mij maakte me verdrietig. Om haar niet verder van streek te maken kon ik maar beter weg gaan.

Het is geen prettig gevoel, je zult het wel weer een paar dagen blijven zien, maar ik weet dat ze het allemaal niet begrijpt. Dat ze nu eenmaal niet beter weet. Ik wil niets liever dan weer gewoon vriendinnetjes met haar zijn. Toen ik zelf weer een beetje was bijgekomen, ging ik terug naar haar kamertje en zag dat Lieve zelf onder de dekentjes was gekropen en eigenwijs met haar armpjes onder haar hoofd lag. “Wil je het goedmaken?”, ze schudde nee. “Wil je een kusje?” weer nee.  “Ben je boos?” ja, knikte ze. Lieve zwaaide kort met haar handje en zei: ”Doei”.

Morgen kruipt ze weer lekker tegen me aan. Morgen gaan haar armpjes weer om me heen, morgen dansen en zingen we weer.