06 februari 2012

Petra

Op 6 februari 1976, vandaag precies 36 jaar geleden, overleed het middelste kind van mijn ouders, mijn zus Petra. Na het eten, 1 dag voor mijn moeder’s verjaardag.

Ze stierf aan een hersenbloeding op zevenjarige leeftijd. Ze stierf aan een hersenbloeding, maar ze had een hartafwijking, kon nauwelijks spreken, had iets in het autistisch spectrum en was waarschijnlijk ook verstandelijk beperkt, hoewel mijn ouders het daar niet helemaal mee eens zijn. Maar ze zat vast niet alleen vanwege de medische faciliteiten op een zelfde soort school als Lieve nu. Dit alles is volgens de overlevering veroorzaakt doordat mijn moeder tijdens haar zwangerschap werd besmet met rode hond.  
Geen mens had gedacht dat ze nog zo ‘oud’ zou worden. Toen ze geboren werd, in 1968 hebben ze haar als ik het mij goed herinner, snel laten dopen. Je zou toch eens in ongewijde grond begraven moeten worden…Zelf was ik er nog niet in 1968, natuurlijk, dus het zijn herinneringen aan wat me verteld is.

In mijn baby-album zitten foto’s van mij en ons gezin, tot ik bijna 3 jaar oud ben, en daarna lijkt de tijd ineens een sprong te maken tot ver in mijn kleutertijd. Ik kan me nauwelijks een voorstelling maken van hoe het voor mijn ouders moet zijn geweest om een kind te verliezen. En omdat ik zo klein was, heb ik waarschijnlijk zelf ook nauwelijks een verlies ervaren.
Wel heb ik altijd een gemis gevoeld aan herinneringen.  De rest van mijn familie heeft warme, fijne, moeilijke, pijnlijke herinneringen aan een meisje van wie ze hielden, en die deel ik niet. Petra moet ook iets van mij gevonden hebben. Was ik het lastige kleine zusje? Was ze gek op mij? Of maakte ze daarvoor te weinig contact met de wereld om haar heen? Ik heb geen flauw idee. Ik weet zo weinig!

Misschien wel juist daarom dat ik die ene herinnering die ik heb, koester.
Deze herinnering, is een droom. Een droom die ik heb gehad kort nadat ze was overleden. Volgens mijn moeder kwam ik beneden en vertelde ik dat Petra die nacht bij me was komen spelen. Ik wilde het mijn moeder laten zien, en nam haar mee naar boven. Natuurlijk weet ik dat alleen nog, omdat het mij keer op keer verteld is. Maar bij de droom zelf, heb ik nog wel beelden. Echt, of later geconstrueerd, dat weet ik niet. Maar het doet er ook niet echt toe.
Het was in mijn kamertje. Achter het hoofdeinde van mijn bed, geprojecteerd op de muur. Dat zei ik ook tegen mijn moeder, dat Petra op het muurtje was komen spelen. In mijn droom. Ik zie haar nog zitten, met mijzelf er naast. Ik denk dat we met blokken speelden. Ze zei niets. Dat deed ze tenslotte nooit.

Dat is alles. Alles wat ik nog weet. Niets van toen ze nog leefde, niets van de avond waarop ze stierf. Was ik verdrietig? Ik weet het niet. Ik herinner me ook niets van het verdriet van de mensen om me heen. Niets van de verjaardag van mijn moeder de dag erna, die natuurlijk geen verjaardag was maar een condoleance. Helemaal niets.
Alleen deze droom.

Ik heb wel eens gedacht dat er meer herinneringen boven te halen zouden moeten zijn, bijvoorbeeld met behulp van hypnose. Misschien wel, maar aangezien de meeste mensen zich niets van voor hun 3e kunnen herinneren, betwijfel ik het. Bovendien zou wat ik boven zou halen, niet verder kunnen gaan dan wat een meisje van nog geen 3 jaar oud destijds kon bevatten. En de kans is groot, dat juist het einde indruk heeft gemaakt en ik geen onbewuste herinneringen meer heb aan de tijd ervoor. Hoe ze was, hoe ze klonk, waar ze naar rook. Hoe ze er in levende lijve uitzag.

Een paar jaar terug is haar graf geruimd.  Mijn oudste zus en ik hebben even daarvoor samen, met onze kinderen, nog eens afscheid genomen bij haar graf. We hebben foto’s genomen van haar grafsteen, mijn zus heeft wat aarde meegenomen en onze kinderen hebben witte ballonnen opgelaten. Dat was ons afscheid. Voor mij de eerste keer. Afscheid van een meisje, afscheid van restjes botten, van een steen, van een plek waar ik regelmatig in mijn jeugd geweest ben, afscheid van Petra.

(En hier vind je de Music Meme van mijn mama)


Geen opmerkingen: